Niezen, koorts en piepende ademhaling kunnen ook voorkomen. Bij zeer jonge zuigelingen kunnen prikkelbaarheid, verminderde activiteit en/of slaapapneu de enige symptomen van infectie zijn.
In de meeste landelijke gebieden verspreidt RSV zich doorgaans in de herfst, winter en lente, maar de timing en ernst van het RSV-seizoen in een bepaalde gemeenschap kan van jaar tot jaar variëren.